Hoor wie klopt daar
Hoor wie klopt daar kind’ren,
Hoor wie klopt daar kind’ren.
Hoor wie tikt daar zachtjes tegen ’t raam.
’t Is een vreemd’ling zeker,
Die verdwaalt is zeker.
‘k Zal eens even vragen naar zijn naam.
Sint Nicolaas, Sint Nicolaas
Brengt ons vanavond een bezoek
En strooi dan wat lekkers
In d’ één of and’re hoek.
Stoute kind’ren, zegt hij,
Krijgen knorren, zegt hij,
Of een zakje, zegt hij, met wat zout.
Want je weet wel, zegt hij
Dat Sint Nic’laas, zegt hij
Van die stoute kind’ren heel niet houdt.
Sint Nicolaas, Sint Nicolaas
Brengt ons vanavond een bezoek
En strooit dan wat lekkers
In d’ één of and’re hoek.
Wachtend op Sinterklaas
Het gevoel van spanning
Het is bijna pakjesavond en ik kan niet wachten om Sinterklaas te ontmoeten! Ik lig ’s nachts wakker in mijn bed en stel me voor hoe hij aan de deur klopt met zijn grote tas vol cadeautjes. Ik heb zo hard mijn best gedaan dit jaar, dus ik hoop dat ik veel leuke cadeaus zal krijgen.
Hoor wie klopt daar…
Eindelijk is het zover! Ik hoor voetstappen op de trap en dan… KLOP KLOP KLOP! Het is Sinterklaas aan de deur. Ik ren naar de voordeur en kijk door het raam. Ik zie hem daar staan, met zijn grote baard en rood-witte mantel, en ik ben zo opgewonden dat ik bijna niet stil kan staan!
Cadeautjes krijgen!
Sinterklaas komt binnen en we zetten ons rond de kerstboom. Ik geef hem mijn lijstje met cadeauwensen en hij geeft me mijn pakjes. Ik voel me zo dankbaar als ik ze uitpak en zie dat mijn wensen zijn uitgekomen. Wat een geweldige nacht!
De afscheidsmomenten
Maar helaas, na een paar uur moet Sinterklaas weer vertrekken. Ik bedank hem hartelijk voor al de cadeaus en geef hem een knuffel. Ik kan niet wachten tot volgend jaar, wanneer Sinterklaas weer aanklopt op mijn deur!